
Professionele competenties Sportkunde:
SK1 Professionele sportkundige identiteit
SK2 Handelt methodisch en evidence informed
SK3 Werkt samen in (o.a.) netwerken en teams
SK4 Communiceert optimaal
SK5 Handelt adequaat in een internationale en interculturele omgeving
SK6 Handelt verantwoord en toont betrokken burgerschap
SK1. Ontwikkeling professionele Sportkundige identiteit,
1.1 Reflecteren en sportbewustzijn
De eerste keer dat ik nagedacht heb over mijn sportkundige identiteit was bij het kiezen van een studie vorig jaar. Het werd allemaal nog echter bij het insturen van mijn motivatiebrief gericht aan deze opleiding.
Bijlage 3.1 Motivatiebrief Sportkunde.
Aangenomen en wel hadden we in het eerste blok te maken met het vak sport & identiteit. We hadden werkcolleges en praktijkuren waarin we zelf veel op het veld stonden. De bedoeling was om je te oriënteren en te denken over de vragen:
Wie je bent als sporter?
Waar je hart ligt voor de sport?
Wie je wilt zijn als toekomstig sportkundige?
En wat je wilt uitstralen (professionele attitude) ?
Als sporter hou ik ervan om zowel individueel bezig te kunnen zijn als in een team te werken. Dit is terug te vinden in Hapkido, Survivallen en recreatie volleybal. Hierbij vinden we regels minder belangrijk, spelen we bijvoorbeeld met ongelijke teams of 2 ballen in het veld. Plezier en grenzen verleggen staat centraal. En bij bijvoorbeeld survivallen werken we als team naar een gezamenlijk doel. Net als bij Hapkido, vooral als we bezig zijn met demo's. In al mijn sporten gaat het om eigen doelen stellen en zit er eigenlijk geen wedstrijd element in. Volleybal = recreatie, survivallen = recreatie en Hapkido is puur zelfverdediging.
Mijn hart in de sport ligt bij de sociale kant, het organiseren van activiteiten en de sport toegankelijk kunnen maken. Ik neig naar de gezondheidskant en maatschappelijke kant. Ik denk dat iedereen te motiveren is op zijn/haar eigen manier. Dat merk ik ook bij het organiseren van verjaardagen. Ik vraag altijd mensen om mee te helpen. En sommige mensen hebben iets meer aansporing tot motivatie nodig dan anderen. Dit heb ik geleerd te doen door bijvoorbeeld meer verantwoordelijkheid bij iemand neer te leggen zo dat hij zich extra betrokken voelt of juist meer te overleggen met iemand die een keuze maakt, zodat hij zich gehoord en begrepen voelt.
Mijn professionele sportkundige identiteit kwam naar voren tijdens bijvoorbeeld het sportevenement in blok 1. Ik wil sport graag voor iedereen toegankelijk maken en onze doelgroep was gehandicapte ouderen. Ik hield rekening met een mevrouw die het doofst was van de groep en niet zoveel mee kreeg van wat er gebeurde. Ik ging telkens naast haar staan of zitten zodat ze dichterbij de geluidsbron zat en ik het makkelijk kon herhalen of uitleggen achteraf, als dat nog nodig mocht zijn. Ik had een open houding met veel gezichtsuitdrukkingen en op hun ooghoogte. Meeste mensen zaten op een (rol) stoel. Ik vond het niet erg als ze me aanraakten om iets te vragen of contact te zoeken. Ik vond het een erg mooie ervaring en denk nog vaak terug aan het zit dansen en ik hoe ik oog contact had met een mevrouw die helemaal straalde. Ik wou dat ik meer eigenaarschap had in het organiseren van dit evenement maar ben trots op de stukken waar ik wel deel van uit maakte en de uitvoering. Het was ook een heel leerzaam moment. Hoe weet je wat je doelgroep kan en leuk vind. Zo kregen we terug dat: familie en zoveel activiteiten, fantastisch was maar wel erg veel. Iets om mee te nemen naar de toekomst.
Het toetsing moment van Sport en Identiteit bestond uit een presentatie en het beantwoorden van vragen van je mede-studenten en docent. De presentatie is hier terug te vinden.
Bijlage 3.2 Presetatie Sport en Identiteit.
Ik vraag mijn omgeving vaak om feedback, dit doe ik omdat ik wil groeien maar ook omdat ik onzeker ben. Ik reflecteer dan ook vaak genoeg op mezelf. Mensen noemen mij niet voor niks een twijfelaar en een denker.
Het reflecteren en organiseren ga ik blijven doen, ik heb het idee dat mij dat helpt. Stof uit het Sportevenement heb ik gelijk kunnen toepassen in het organiseren van verjaardagen. Dit gaf overzicht en ik begrijp de analyses en modellen. Het stappenplan gebruik ik heel vaak. Ik begin bij de doelgroep, dan een externe analyse en een implementatie plan. Het is wat korter dan voor de opleiding maar wel iets wat ik uit de opleiding heb meegenomen en wat mij verder heeft geholpen. De vriendin met wie ik dat organiseer was erg blij met mijn voortgang en het overzicht dat het gaf. En dit weet ik omdat ik haar om feedback had gevraagd om op te reflecteren. Ik neem mee naar de toekomst dat ik niet hoef te wachten tot iemand mij eigenaarschap geeft over iets maar het zelf moeten oppakken. Dit doe ik in blok 1.4 al meer en zeker in mijn activiteiten buiten de opleiding. Bij bijvoorbeeld het kader van mijn vereniging en het organiseren van verjaardagen. Hier neem ik een steeds grotere rol in.
Bijlage 3.3 Feedback verjaardag vriendin.

1.2 Professionele attitude ,
Blok 2: "Sport en technisch kader: Hier kan ik in groeien, ik heb hier met een inval docent over gehad. Ik zei dat ik niet nep over wou komen door meer complimenten te geven dan ik normaal gesproken zou doen, omdat ik wel oprecht wou blijven naar mijn klas. Maar ze prikte er door heen met dat, als ik meer complimenten zou durven geven ik dat ook wel uit me zelf zou doen. Dit heeft mij wel aan het nadenken gezet en ik heb nu voor mezelf een regel opgesteld. "Als je niet kunt corrigeren kun je wel complimenteren, en andersom." Dit werkt prima en helpt me met het focussen van mijn aandacht.
Organisatie advies : Ik had een professionele attitude als in het kunnen stellen van kritische vragen en het maken van kritische observaties maar wel benadrukken het beste voor te hebben met de stichting. Er is geen 1 conflict geweest en ik ben, door interviews en observaties, te weten gekomen wat ik wou weten. De financiële zaken en de sporters beleving. Later waren de observaties ( met mijn toestemming) "verbeterd". Mijn verbeterpunten richting de organisatie kwamen hierdoor in een roze wolkje te hangen. Dit was een leermoment voor mij om mijn eigen pad te trekken en de volgende keer te benoemen dat ik het er niet mee eens ben en uit te leggen waarom. Nu zei ik simpel weg op die vraag: "oke".
Ik denk niet dat het uiteindelijk heel veel heeft uitgemaakt want de GymAcademy heeft ons verder wel serieus genomen. Maar met oog op de toekomst neem ik dit wel mee omdat het belangrijk is om verzekerd te zijn van kwaliteit en dat iedereen nog op 1 lijn zit. Dat kan alleen maar als jij dat zelf ook bent.
Ik heb verschillende applicaties gebruikt zoals trello maar ook een eigen schema maken met bijvoorbeeld excel.
Blok 4: Vit@work: Het is me gelukt! Het eerder benoemde "willen staan waar je voor staat" stukje. Jesse, Sander en ik gaven een interventie aan de Duinkerkestraat voor Gemeente Groningen. Er komt een hele boze meneer aan die mij aanspreekt. We moeten daar nu weg, want zijn auto staat in de buurt en hij pikt dit echt niet. Hij kwam heel dreigend over. Maar de medewerkers die midden in een potje zaten wou ik niet benadelen, dus ik wou een compromis sluiten. Dat we het potje af maken en dan een nieuw terrein opzoeken. Hij moest het allemaal niet hebben helaas en liep boos weg. Ik haalde Sander en Jesse erbij om het spel stop te leggen, Jesse wou eerst nog proberen met die meneer te praten. Jesse kwam uiteindelijk met hetzelfde voorstel en onze vriend begon Jesse te bedreigen. "Het is dat de directie erbij is, maar anders had ik je een hoek gegeven." Wij vonden dat we voor de veiligheid en rust, toch maar wel gelijk ergens anders heen konden. Toevallig was het potje net afgelopen en zijn we naar een nieuw plekje gegaan.
Ik vind dat ik hier professioneel gehandeld heb omdat ik beide partijen in ogenschouw heb gehad en bereid was om een compromis te sluiten. Toen dat allemaal niet werkte hebben we veiligheid voorop gesteld. Toch heb ik me niet laten wegjagen. Waar ik anders gelijk geluisterd had, ben ik nu het overleg aangegaan. En dat voelde goed. Het betekend dat ik geleerd heb.
Het niet dom volgen van bevelen is een les dat ik niet zal vergeten. Ik weet dat ik het nu kan. Ik ben hier best trots op, omdat ik ben opgevoed met het gewoon doen en niet zeuren principe. Zeuren blijkt helemaal niet zo erg te zijn.
1.3 loopbaanontwikkeling en beroepsvorming,
Mijn 2e WVO was bij de healthy-ageing-tour. Hier ontmoette ik Hanneke Gibbus. Zij was daar ( dacht ik) gewoon een vrijwilligster. Net als ik. We waren beide chaperonnes voor de wielrensters. We hadden een goede klik en begonnen als snel te praten over andere sporten en evenementen. Het houden van dingen organiseren. Ze vertelde me dat ze bezig was met haar eigen evenement. Walk with Courage. Ze nodigde mij uit om hieraan mee te doen en bood me ook gelijk een stageplek aan voor jaar 2, bij het healthy-ageing bureau.
Ik was verbaasd, kennelijk werkt ze daar en heeft ze heel lang met de nu nieuwe directeur gewerkt. Ik was heel erg blij. 2 Kansen door 1 WVO, door het kletsen met 1 persoon. Hoewel dit onder netwerken valt, vind ik dit ook onder beroepsvorming en loopbaanontwikkeling vallen. Voor dat je weet waar je naar toe werkt, moet je weten wat je opties zijn en waar je kansen liggen. Zij was die kans voor mij.
Kansen daadwerkelijk op kunnen pakken is alleen moeilijker dan het lijkt. Ik moest het mee helpen aan haar evenement helaas afzeggen. Ik had te druk met het maken van een inhaalslag en andere prioriteiten. We hadden het tijdens dit belletje nog over de stageplek. Die ze mij nog steeds wou geven. Ze sloot het belletje heel positief af en gaf me complimenten en zei dat ze blij was dat ik nu eerlijk aangaf dat het niet uitkwam dan op het laatste moment en ik dat niet zo onzeker hoef te zijn en dat het helemaal goed met mij gaat komen. En ze sloot af met dat ik nog steeds welkom was als stagiaire. Maar ik had geen mailtjes of appjes die ik kon terugkoppelen aan onze wens. Dus het evenement ging niet meer door en mijn stageplek bleek ook geen optie meer te zijn.
Toch vind ik dit niet een negatief gebeuren. Ik was wel teleurgesteld maar zie de meerwaarde hier nu wel van in. Ik ben blij dat je jouw volgende kans misschien wel eerder tegen het lijf loopt dan je verwacht. Ook hadden we geen slechte afsluiting dus, ik denk dat als het nodig mocht zijn, ik Hanneke nog wel een keertje kan bellen of mailen. Ze heeft me haar kaartje gegeven en haar vertrouwen in mij uitgesproken. Ik zit nogsteeds in hun app groep en mag meehelpen op de dag zelf als vrijwilliger. En daar kijk ik erg naar uit.
Deze hele ervaring heeft me doen inzien dat ik graag iets met evenementen en gezondheid wil doen en dat dat bij healthy-ageing zeker een mogelijkheid is. Maar ook bij andere bedrijven. Het heeft me een zetje gegeven in het concretiseren van mijn droombaan. Ik heb nog geen droombaan bedacht maar ik weet nu iets beter wat ik wel wil i.p.v niet. En dat is dat ik iets zoek wat overeen komt met healthy-ageing.
Bijlage 3.4 Bewijslast Healthy-Ageing Tour.

Bijlage 3.5 Bewijslast contact Hanneke Gibbus

SK2 Handelt methodisch en evidence informed,
Elk blok krijgen we nieuwe methodes, tabellen en theorieën voorgeschoteld. In blok 1 was het nog uitgekauwd wat we moesten doen en de rest van de blokken hebben we daar op voortgebouwd.
Ik kwam aardig informatieloos binnen wandelen en weet nu bijvoorbeeld dat als je een Externe Analyse wilt maken een DESTEP analyse, het middel is. Deze had ik gemaakt voor de infographic uit blok 1.4.
Bijlage 4.1 Destep Analyse.

Destep was eigenlijk een onderdeel van iemand anders, maar ik was bijgesprongen om het opnieuw te maken. Het gevolg was dat Destep-ASE-de Interne analyse en de bronnen (hoewel dat gewoon in apa zetten was.) van mij afkomstig was. Meer dan de helft van de uiteindelijke poster was door mij gemaakt, hierdoor wist ik erg goed wat ik wou vertellen. Ik baal alleen nog van mijn zenuwen die me af en toe te baas zijn.
De SWOT en Confrontatie matrix had ik gemaakt bij het organisatie advies. Ik vond dit leuk om te doen en maak af en toe nog wel zo'n tabelletje. Niet zo zeer voor het bekijken van een vereniging maar ook voor persoonlijk gebruik, bijvoorbeeld bij het maken van een keuze. Ik trek me namelijk best wel wat aan van wat anderen van me denken. En op deze manier kan extern: de mensen van buiten af en intern: mijn eigen redenen om iets wel/niet te doen van elkaar scheiden. Ik maak mijn eigen SWOT. Hetzelfde doen voor de confrontatie matrix vind ik dan weer wat lastiger en niet heel nodig. Ik had er wel een keer mee geëxperimenteerd of het zou werken of niet. Het was mij niet gelukt.
Bijlage 4.2 SWOT en Confrontatiematrix van het organisatieadvies.

Verder gebruik ik methodes ook buiten de opleiding. In de toekomst wil ik me blijven ontwikkelen en de methodes blijven gebruiken. Ze geven mij namelijk veel structuur. Iets was ik kan leren is, om mij eerder te verdiepen in de modules zodat ik het gelijk kan toepassen.
Wat ik al wel doe is de bronnen controleren. Voor het vak schriftelijke communicatie had ik hier en daar een bron van bijvoorbeeld een messenger pagina, dat zijn meestal roddel pagina's. Door de les van Hans vind ik het nu makkelijker om een goede bron te vinden. Zoals bijvoorbeeld het onderzoek dat op de V&W poster staat van Mol. Dat is een erkend onderzoek en was best een goede vondst. Ik moest Martin alleen nog even vertellen wat er in stond voor de presentatie. Ssst niet verder vertellen. (Mol, 2019) https://btrconsultancy.nl/wp-content/uploads/2015/09/Douwes-e.a.-2014_Tijdschrift-voor-Ergonomie.pdf
Bijlage 4.3 Bronnen uit de beschouwing voor het vak, Schriftelijke communicatie.(Pagina 7,9 en 10) + Bron Poster V@W. (Pagina 10 en 11)
Met het plannen van een verjaardag kijk ik naar het sportevenement. Ik had ook een rol in het organiseren van het hapkidokamp dit jaar. Daar heb ik ook informatie uit blok 1 voor gebruikt.
Zo was de vraag, hoe we een spelvorm konden doen, waarbij iedereen mee kon doen. ( We hadden een hele grote groep met veel verschillen in leeftijd,gezondheid en enthousiasme.) De wens was om wel met zijn allen 1 spelletje te doen. Ik en nog iemand anders mochten daar over nadenken. Uiteindelijk bedachten we een soort vlaggenroof. Met 1 centraal punt waar je veilig was. (Je mocht namelijk op elkaar schieten met elastiekjes.) Op dat centrale punt mocht je niet beschoten worden maar moest je wel opdrachten uitvoeren. In ruil voor de opdrachten kreeg je nepgeld "clips"en daar mee kon je een immuniteitsbril kopen of een onzichtbaarheidsmantel. Of 2 pistooltjes. Dit klinkt heel leuk, je speelt het echter als team. En de "wapenhandelaar" bevond zich op een andere plek. Waardoor er bewogen en als team gespeeld moest worden.
Het was erg geslaagd. Ik had geleerd uit het sportevenement om écht te kijken naar wat de doelgroep kan en wilt doen. Zij zijn uiteindelijk degene die het moeten doen. Zo waren de opdrachten die gedaan moesten voor sommige wel uitdagend maar vooral erg gezellig en sociaal. Sociaal omdat je ook wel opdrachten met iemand van de tegenpartij moet doen of je eigen team moet verzamelen voor een opdracht.
Ik had eerst rond gekeken naar wat mensen wouden, daar een soort combinatie van gemaakt. (Jongere kinderen wouden wel tikkertje doen in het bos of politie boefje, de 20/30 'ers voelde wel wat voor levend stratego en de ouderen wouden heel graag gezamelijk wat leuks doen. (En we hadden niet alleen de ouderen in de "vrije zone" maar ook jongeren, juist vanwege de opdrachten die daar uitgevoerd moesten worden. Door schieters te hebben , creeër je renners. Maar door een centraal punt te hebben waar dat niet mag, kun je daar heen als je niet wilt rennen. Hierdoor kon jezelf een beetje kiezen wat je wou doen.
Waar ik in het gevolg rekening mee moet houden is dat men heel fanatiek kan zijn en de puntentelling dan wel belangrijk is.
En verder de modules van de opleiding gebruiken tijdens de opleiding zelf. Dus het maken van officiële posters en officiële doelgroep analyses door middel van enquêtes.
Bijlage 4.5 Opdrachten spel Hapkido kamp.
Bijlage 4.6 Gebruik PVA stijl, Verjaardag draaiboek.
Ik vind het fijn om opzetjes te maken, zodat je vanuit daar verder kunt werken. Het maakt me dan niet uit of alles anders gebeurd dan van te voren bedacht, maar ik vind het idee van een handvat wel fijn. Dit noem ik de Kim methode. Zo maakte ik ook wel powerpoints om hoofdstukken of samenvattingen aan mijzelf uit te leggen.
Zo had ik ook een opzetje gemaakt voor de ISP ( innovatieve sport product) presentatie.
Bijlage 4.7 Presentatie opzet.
Het uiteindelijke resultaat: Deze is samen met Dajo Klunder gemaakt. Dia 's : 1, 4,5,6, 11, 13 en 16. zijn door mij gedaan.
Bijlage 4.8 Uiteindelijke presentatie.
SK3 Werkt samen in (o.a.) netwerken en teams
Netwerken:
Elke keer als er een opdrachtgever of cliënt gezocht moest worden, trok ik mij een beetje terug. Zo zie je bijvoorbeeld dat bij Spal bijna iedereen zijn ouders/opa of oma/ collega's van ouders vragen. En voor vit@work zitten er veel mensen bij hun ouders in het bedrijf. Ik dacht telkens dat ik geen opties had. Maar die had ik wel. Tot nu toe ben ik elke zomer terug gevraagd vanuit de Gemeente om daar te komen werken achter de balie. Dit is voorgekomen door stage op de middelbare school. Ook heb ik een tijdje bij de plus gewerkt en heb ik bij scouting een begeleidende rol gehad. Dit zijn allemaal connecties, eigen connecties. Die ík heb opgedaan. Dan zijn er nog nieuwe connecties zoals bijvoorbeeld Hanneke Gibbus.
Bijlage 5.1 Contact H.Gibbus.

SK4 Communiceert optimaal
In blok 1.4 was ik hoofdcontact persoon voor vit@work bij gemeente Groningen.
Bijlage 6.1 Eerste mail contact opdrachtgever Gemeente Groningen.
"Beste Ina ,
Mijn naam is Kim Dijkstra en ik studeer samen met mijn projectgroepje, sportkunde aan de Hanze.
Wat ontzettend fijn dat we deze kans krijgen. Ik zou graag af willen spreken om te kunnen overleggen. We hebben namelijk gegevens en afspraken nodig, want wij zullen collega's nodig hebben om op te "testen".
Onze opdracht voor vit@work, is om een project te ontwikkelen waardoor een organisatie vitaler kan worden en de duurzame inzetbaarheid van medewerkers verhoogt wordt. Vanuit een diagnose van de huidige situatie wordt er gewerkt aan het ontwerp van een aanpak om de vitaliteit@work te verbeteren. Dit betekent dat we een beeld moeten krijgen van de werksfeer en veel vragen zullen hebben en observaties moeten maken. Er zal onderzoek gedaan moeten worden naar uitdagingen om een actieve leefstijl op en rondom het werk te creëren en hopelijk wordt ons eindproduct een innovatieve oplossing.
Nu hebben we nog een ander vak waarbij we graag met dezelfde mensen wouden werken, hiervoor moeten we een sportschema schrijven en met die persoon letterlijk het schema uitvoeren. Mijn groepje bestaat uit 5 man en we hebben allemaal een individu nodig om hier aan mee te kunnen helpen. Hij/zij moet zelfs een keertje met ons mee komen om te laten zien hoe we coachen. Dus we vragen best wel wat aandacht, inruil daarvoor kun je ons flink aan de bak zetten.
Ik had begrepen van Heidi dat Gemeente Groningen zelf al bezig was met fitoal en deze aansluit mogelijkheid is fantastisch.
Volgende week, Maandag de 22ste is iedereen vrij en zou ik de mogelijkheid hebben om dan met je te kunnen overleggen, over alle opties en verwachtingen en natuurlijk wat inhoud over wat jullie zelf al doen. Ik zou morgen ook kunnen komen alleen heb ik om 16:00 een overleg, alles voor die tijd komt mij goed uit.
Ik zou het heel erg fijn vinden als je misschien een document in zou kunnen vullen. Of alleen de antwoorden terugstuurt.
Ik en mijn groepje hopen heel erg om met jullie aan de slag te kunnen gaan, maar voor nu is het document vooral voor onze coach. En als het van hem ook mag komen we voor de 26ste, een keer langs voor het onderteken van een stage formulier.
Bij vragen of andere dingen ben ik bereikbaar op:
0625516225
Graag hoor ik van je. Het was me vandaag niet gelukt om in contact met je te komen, dus ik hoop dat je wat hebt aan dit mailtje.
Met sportieve groet,
Kim Dijkstra "
We hadden met dit project met meerdere contact personen te maken en hier en daar ging er iets mis met de communicatie en werden er aannamens gedaan. Ik heb hier van geleerd dat je duidelijk moet communiceren en geen woorden als "misschien, wat nou als en wellicht" moeten gebruiken. Als je merkt dat je dat aan het typen bent, moet je nog even navraag doen voor het verzenden. Naast contact met Ina Deuring en Wendy Voogd had ik ook mail en app contact met Anneroos.
Bijlage 6.2 App contact Anneroos.

Ik wou eerst de goed keuring krijgen op elk mailtje dat ik verstuurde maar op een gegeven moment krijg je gewoon geen reactie meer. In dit blok had ik voor het eerst de stoute schoenen aangetrokken en een leidinggevende rol op me genomen. Het moment dat ik me daar bewust van was, was het moment dat er een beslissing moest worden genomen en er 4 paar ogen mij vragend aankeken. Ik pakte mijn taak eerst verkeerd aan. Alles overleggen werkte gewoon niet of heel langzaam. Dus ik werd wat strenger. Stelde een keuze voor, als iemand er niet mee eens was hoorde ik het wel.
Onder communicatie valt ook het vak schriftelijke communicatie, deze heb ik voldoende afgerond. (Bijlage 4.7)
Niet iets om heel trots op te zijn maar wel een gehaald vak wat betreft communicatie. Dus dat vond ik het benoemen waard.
Ik vind dat ik goed communiceer omdat ik altijd luister voordat ik reageer. Een verbeter punt is volume. Ik vind het niet leuk om niet gehoord te worden, maar daarentegen praat ik wel heel zacht. Op het moment dat ik iemand iets wil vragen en hij/zij hoort mij 2x niet, dan heb ik al vrij snel de neiging om het antwoord te gaan googelen. Natuurlijk kan dat niet in elke situatie.
Met de opdrachtgever had ik via de mail contact, met de stagiaire ook maar zij wou ook nogwel eens appen. Met overleggen (vooral als ik gestrest was) wou ik nog wel eens te snel antwoord geven. Dit corrigeerde ik dan wel direct, maar dat is niet zo handig.
In het team:
Ik wist heel goed wat ik wou en wat ik moest dit project. Dit komt omdat ik er boven op zat. Ik heb kennelijk alleen dingen toegezegd waar ik niet achter stond. Zoals het weghalen van de tabellen op de poster. Ik had hier veel tijd in gestoken, ik weet niet waarom ik daar "ja" opgezegd zou hebben. Maar kennelijk heb ik dat wel gedaan. Daar baal ik achteraf dan van. Maar heb dan ook een houding, dat we daar dan niks meer aan kunnen doen. Ik moet gewoon echt achter alles staan wat ik zeg anders ontstaat er ontevredenheid. En ik ben echt de beroerdste niet en zal altijd eerst luisteren voor het maken van een keuze.
Bijlage 6.3 Communicatie richting klasgenoten.
"Ik vond positiviteit soms erg lastig, ik had het idee er (zeker in het begin) alleen voor te staan. Maar toen we met zijn alle aanboord waren vond ik positiviteit erg belangrijk en stuurde ik hier en daar naar teamleden wat vragen en probeerde af en toe een hart onder de riem te steken. Bijvoorbeeld met Martin. Hij was dingen kwijt van zijn harde schijf en moest heel veel dingen opnieuw maken. Na de deadline stuurde ik hem een berichtje om te kijken hoe het ging. Het was niet lang of veel, maar ik merkte wel gelijk een stukje positiviteit terug te krijgen. Hiervoor hadden we allemaal stress en waren we niet bepaald heel vriendelijk, hoeft ook niet. Maar ik vind het dan wel fijn om dit te doen. Misschien kon ik hem ook nog wel ergens mee helpen, als het hem niet gelukt was."
Bijlage 6.4 Gemaakte maar Ongebruikte theorie voor poster, duurzame gedragsverandering.
Ik vind positiviteit wel belangrijk in het team. Zeker omdat ik wel merkte dat iedereen af en toe wel gestrest was. Ik sliep zelf niet heel veel, wat mij niet de scherpste maakte. Mijn bijdrage aan de positiviteit was door af en toe een persoonlijk berichtje te sturen of in de groep. Vragen hoe het gaat, en een "kop jongens, we zijn bijna klaar." Ik merkte dat Martin dit ook deed en al vrij snel noemden we elkaar "toppers" als er iets goed ging of iemand bij sprong.
Bijlage 6.5 Voorbeeld positief contact project groepje.

In de klas ben ik ook actiever. Dit laat zich bijvoorbeeld zien in de klassenapp. Hier zei ik eerst niet zoveel in. Op een gegeven moment stelde ik wel vragen, maar nu geef ik ook meer terug. Als er een cijfer bekend is zet ik het erin, als er een algemene vraag gesteld wordt geef ik ook antwoord. Dit had ik veel eerder moeten doen maar ik ben blij met het resultaat. Ik merk dat mensen eerder geneigd zijn om me aan te spreken of om me wat te vragen. Gewoon omdat ik al van me heb laten horen.
Bijlage 6.6 Contact klas, klassen-app.







SK5 Handelt adequaat in een internationale en interculturele omgeving
Met het vak sportsociologie ben ik naast de geschiedenis van de sport, ook bewust geworden van de politieke en culturele waarde van de sport. Als we dan naar de Olympische Spelen kijken als voorbeeld. Dat is een en al cultuur en politiek. Voornamelijk omdat je een groot podium hebt om een boodschap door te kunnen geven. Zoals bijvoorbeeld de spelen in Berlijn waarbij Jesse Owens wint of het black power symbool als actie tegen racisme.
De enige buitenlandse interactie die ik heb zelf ervaren heb was in de Ardennen. Hier waren we aan het bmx'en en een paar scholieren vroegen of ze met mij op de foto mochten. Dat ging gelukkig prima. Maar door SK1 gehad te hebben begrijp ik het conflict wat soms zou kunnen ontstaan. ( Bijlage 4.7) Dus als ik in een organisatie terecht kom die hier rekening mee moet houden, ben ik in ieder geval op de hoogte. Dat neem ik dan ook zeker mee naar de toekomst.
De sportcultuur vind ik net zo belangrijk. Zo is de sportcultuur bij Acrogym en de gymAcademy heel anders dan bij mijn vereniging, Hapkido. Dit weet ik omdat we tijdens het organisatie advies de cultuur hadden vastgesteld met het ui-model. Nu heb ik mijn eigen vereniging niet geanalyseerd maar merkte ik het verschil wel op. Waar het bij mij vooral om gezelligheid gaat, gaat het daar (ook) om resultaten. Er waren verschillen, maar dat was oke.
In mijn ogen waren sommige methodes wel wat streng of hard, maar ik stelde me respect vol op omdat ik respect heb voor de sport. Zij zijn degene die het doen. Dus ik stelde vragen. Het bleek dat de trainers een meisje niet vroegen hoe het ging, omdat ze wel vaker een mentale blok had en aandacht geven het juist erger maakt. De oefening die ze niet durfde had ze al heel veel vaak succesvol gedaan. Ik neem mee naar de toekomst dat als je in een andere "cultuur" zit het verstandig is om eerst te kijken, vragen te stellen en daarna pas een conclusie te trekken.
Ik vond het juist knap dat, ze daar toch wel streng zijn. Tegenwoordig worden kinderen best wel verwend, maar zij maken geen uitzonderingen.
Verder kan ik me alleen een incident in denken waarbij ik naar kickboksen ging , bij de aclo. Het was tijd om van partner te wisselen en ik liep naar een jongen toe. Hij kwam niet van hier en zei dat hij liever met een andere jongen ging. Omdat waar hij vandaag kwam meisjes slaan echt niet oke was, hij wou geen meisjes slaan dan wordt sparren lastig. Daar was ik oké mee. Ik gaf hem een high-five en zocht een nieuwe partner.
SK6 Handelt verantwoord en toont betrokken burgerschap
De sociaalmaatschappelijke waarde van sport,
Ethiek en burgerschap bestaat voor mij uit het weten wat er speelt in en rondom jouw omgeving. Welke doelgroepen hebben waar last van, en wat voor gaafs ligt er voor hun om het hoekje? Een buurtsporttoernooi zou sommige mensen minder trekken maar het buurtfeest misschien wel meer. Het belangrijkste is het besef dat niet iedereen baat heeft bij hetzelfde maar wel baat wil hebben bij iets. Ik zie als sportkunde student zeker de mogelijkheid om daar op in te kunnen spelen en er voor te kunnen zorgen dat dat bewerkstelligt kan worden.
Een moment waarbij ik maatschappelijk betrokken was nam plaatst in het eerste blok van de opleiding. Het sportevenement. Daarnaast heb ik mogen helpen bij de 4 mijl, tussen zand&slik en de healthy ageing tour in Midwolda en Heerenveen. Ook ben ik zelf bezig geweest met een project voor slechtziende en blinde dames. Dit werd later helaas opgezegd door toedoen van verhuizing netzoals een ander lopend project 'Spelender Grijs'. Opgezegd of niet ik heb er wel van geleerd niet alles te snel en te veel te willen. Wat tot nu toe wel goed gaat zijn de verjaardagen.
Bijlagen 7.1 Maatschappelijk betrokken zijn, door middel van project slechtziende dames. .
Bijlage 7.2 Maatschappelijk betrokken zijn door middel van Wvo's.






Wat me het meeste bijstaat is toch wel het sportevenement. Hierbij mochten we een klein evenement organiseren voor oudere gehandicapten. Wel sportgerelateerd natuurlijk.
Probleemoplossingen:
Sportevenement: Een oudere vrouw was erg slechthorend en die kon ik wat extra aandacht geven. Als we de groep aan gingen spreken hield ik er rekening mee naast haar te zitten zodat ze of kon horen wat ik zei of ik het gelijk voor haar kon herhalen. Ik zag dat ze daarvoor zich afzonderde van de groep omdat ze niet door had wat al die drukte om haar heen was. En na wat tijd genomen te hebben om het uit te leggen was ze heel enthousiast.
SpelenderGrijs & Eigen Project: Deze zijn beide niet door gegaan maar hebben daarnaast nog iets anders in overeenkomst. Met beide projecten wou ik ervoor zorgen dat mensen een leuke dag hadden waarop ze gezellig met elkaar konden sporten. Er komen gelukkig steeds meer dingen voor ouderen waar ik zeker aan wil bijdragen maar voor slechtziende is er eigenlijk nog niet zoveel. Hierbij was het probleem eenzaamheid en mijn project de oplossing. Ik baalde best wel toen beide niet doorgingen. Beide kregen relatief kort na elkaar te horen dat ze gingen verhuizen en pats boem 2 projecten weg, 2 oplossingen die niet meer nodig waren. Ik hoop dat ze op hun nieuwe locatie de mogelijkheid krijgen om wat te doen.
Dagstages tussen zand en slik, healthy-ageing en de 4 mijl: Deze hebben mij laten zien hoe belangrijk sfeer is. Naast hard willen werken heb ik alleen niet echt nuttig kunnen zijn. Ik heb wel lopers kunnen vragen waarom ze mee deden en hoewel de antwoorden soms verschilden vormden iedereen wel 1 groep. En dit geldt voor beide, toch verschillende evenementen.
Ik wil eigenlijk niet beweren goed te zijn in probleemoplossingen omdat ik het niet ben. Of in ieder geval nog niet ben. Ik bedoel dansen met bejaarde dames en heren was geweldig ik denk soms nog steeds aan de lach van een mevrouw die super goed mee deed. Maar dansen met een groep bejaarden waarvan de meerderheid slechthorend is, of arm yoga doen terwijl we een meneer hebben met alzheimer, zet onze lieve mensen misschien juist recht tegenover hun beperking. Ik zou het vervelend vinden als er een speciale dag georganiseerd is waarbij ik vervolgens niet met alles mee kan doen. Gelukkig was iedereen wel blij met de dag en werd er veel gelachen, en daar ging het uiteindelijk om.
Het behalen van mijn MFA certificaat heeft er voor gezorgd dat ik altijd met een ehbo tasje op straat loop. Ik heb een vriendin al een keer van het ijs af moeten helpen en ben blij, toch ook een beetje angstig , met deze verantwoordelijkheid.
Maak jouw eigen website met JouwWeb